Ik ga niet snel op de knieën, maar laatst gebeurde het toch. Mijn koelvriescombinatie, ooit bejubeld om zijn fantastische ontdooifunctie, bleek in werkelijkheid geen afkeer te hebben van het ijs dat zich aan de binnenkant vastzette. Kort na de aankoop schreef ik op mijn to-do-lijstje: verkoper bellen. Die aantekening heb ik nooit afgevinkt. Nu staat er: koopjesjacht.

Om het ontdooiproces te versnellen, kookte ik water, goot het in schalen en plaatste die in het vriescompartiment. Zo heen en weer huppelend tussen aanrecht en vriezer, verweet ik mezelf dat ik vervelende klusjes altijd uitstel. Mijn innerlijke monoloog werd onderbroken door een verontrustend nieuwsbericht.

Volgens onderzoek van het Peace Research Institute Oslo (PRIO) en Save the Children groeien er 468 miljoen kinderen op met de gevolgen van oorlog en conflict. Van mijn minirampje met de vriezer verschoof mijn aandacht naar dit immense leed. Wat moet er van deze getraumatiseerde kinderen terechtkomen? In mijn gedachten flitsten de grimmige beelden uit Oekraïne en Gaza voorbij. Als deze oorlogen stoppen, staat er geen huis meer overeind. Niet één school die deze kinderen onderwijs kan geven.

De problemen in ons kikkerlandje zijn van een heel andere orde. Overal steekt intolerantie en onverdraagzaamheid de kop op. Steeds vaker hoor ik verhalen over mensen die tegen armoede vechten of die medicatie nodig hebben die ze niet kunnen krijgen. Daarbovenop hebben we te maken met klimaatverandering, stikstofproblematiek en een schrijnend tekort aan woningen. We blijven van crisis naar crisis gaan, zonder dat er een echte oplossing in zicht is.

Op het moment dat de eerste klomp ijs op de bodem van de vriezer viel, zag ik ons kibbelende formerende kwartet voor me. In een wereld vol problemen is goed leiderschap cruciaal: leiderschap met medeleven, eerlijkheid en empathie. Zijn dat de waarden die deze vier politieke partijen belichamen? Zijn zij de bruggenbouwers die mensen met elkaar verbinden? Als ik toch in de toekomst kon kijken...

Na uren worstelen met ijs en piekerend over de wereldproblemen, was mijn vriezer schoon. Met het laatste beetje frustratie sprak ik het apparaat op ferme toon toe: "Volgende keer doe je het zelf, begrepen!" Daarna was alle boosheid met het dooiwater verdwenen. Op de radio kondigde de presentator een nummer aan van Lenny Kravitz. De timing kon niet beter. Ik danste door de kamer en zong luidkeels mee met het refrein: "Brothers and sisters join hands, we got to let love rule "

© Sophie Dijkgraaff

 

Wij maken op deze website gebruik van cookies. Een cookie is een eenvoudig klein bestandje dat met pagina’s van deze website wordt meegestuurd en door uw browser op uw harde schrijf van uw computer wordt opgeslagen.